Met verbazing keek ik naar het schema dat ik zojuist had gemaakt. Het waren niet een paar organisaties die onze nationale democratie al meer dan een decennium bedreigden, en ook niet alleen een flink aantal, maar een heel netwerk van organisaties. Juist al die kruisverbanden maken het behoorlijk flexibel, ongrijpbaar en bedreigend. In de meeste media krijgen deze organisaties weinig aandacht. En als ze het al krijgen dan is het positief of bagatelliserend. Maar zelfs in de alternatieve media wordt de ware omvang bijna nooit duidelijk. Dit komt doordat de berichtgeving versplinterd is en de aandacht vooral uitgaat naar nieuwtjes. En die zijn er altijd genoeg. Ook wordt te vaak aangenomen dat de lezers het grotere plaatje al kennen. Zelf vind ik overzicht, achtergronden en goede bronnen veel belangrijker.
Schema’s maken het voor veel mensen niet duidelijker. Dat besef ik. Maar misschien is dat juist het punt. Pas als je zo’n complex schema ziet, realiseer je je hoe deze globalistische infrastructuur buitenproportioneel is geworden. En dan staat hier nog lang niet alles op. De meeste NGO’s en CSO’s (zie verder in dit artikel) zijn nog niet vermeld. Van de betrokken politici en CEO’s slechts enkele en van de niet meer onafhankelijke universiteiten maar één. En toch oogt het als het ontwerp van een chip.
Dat is niet toevallig, want we hebben te maken met een technocratie, die geneigd is de hele wereld in te richten als een machine. Dat is dus precies wat ze doen. Was de oude wereld dan ook niet ingewikkeld? Zeker, maar die hing vooral aan elkaar van bilaterale afspraken en verdragen tussen naties. We zien nu nieuwe machten ontstaan die zo mogelijk nog meer invloed hebben dan naties en zelfs meer dan bijvoorbeeld de EU. Het schema is gebaseerd op www.vraagtekens.net, een site met een collectie van officiële bronnen, en dan vooral de pagina over de Great Reset.
Tentakels in onze steden
Het maken van zo’n schema is erg leerzaam, omdat je allerlei nieuwe verbanden ontdekt. Zo wist ik bijvoorbeeld niet dat veel burgemeesters tegenwoordig verenigd zijn in de GPM, de Global Parliament of Mayors, nota bene gevestigd te Den Haag. Dus in plaats van gekozen burgemeesters, krijgt Nederland juist burgemeesters die nog meer aan de leiband van globalistische organisaties lopen. Het World Economic Forum noemt de GPM in een artikel over het belang van steden. Dat belang is volgens hen groter is dan dat van nationale overheden als het gaat om onze “overleving”. Daarmee is de GPM een voorbeeld van wat men noemt “glocal” bestuur, een samentrekking van globaal en lokaal.
Oftewel, landelijke overheden worden, als het even kan, gewoon gepasseerd en daarmee ook een groot deel van de democratische besluitvorming. Zo kan het bijvoorbeeld gebeuren dat in Amsterdam opeens een belangrijke verkeersader wordt afgesloten, gebruikmakend van een vergunning die daar niet voor is bedoeld. Maar “gepasseerd” is nog niet het juiste woord. Het slimme is dat de elite gebruik kan maken van verdeel en heers. Overheden worden gebruikt voor wetgeving en censuur. Wanneer overheden niet meewerken, dan kunnen zogenaamde burgerbewegingen worden ingezet om veranderingen af te dwingen. Meer over NGO’s verderop in dit artikel.
Maar zo wist ik bijvoorbeeld ook niet dat big pharma, oftewel de grote farmaceutische bedrijven, via de UN Foundation grote sommen geld hadden bijgedragen voor Agenda 21, de voorloper van Agenda 2030, die zoals we weten nu al gezorgd heeft voor enorme inkomsten van diezelfde industrie uit vaccins en voor hun onschendbaarheid. Een nieuw verdrag vanuit de WHO dreigt inmiddels dit systeem nog verder dicht te timmeren. Nederland heeft hier al op voorgesorteerd door middel van de nieuwe WPG. Hierdoor kan Nederland zelf nauwelijks nog iets tegenhouden van wat de WHO in al haar ingebeelde wijsheid (vooral in het belang van een grote sponsor zoals BMGF) nodig acht. Maar hoe heeft het zover kunnen komen?
Een strategische kettingreactie
In September 2015 werd tijdens een VN-top in New York “Agenda 2030” aangenomen. De VN beschouwt zelf “Agenda 21” uit 1992 als een voorloper ervan. Ook deze kwam voort uit een door de VN georganiseerde top, genaamd UNCED of “Earth Summit”. De invloed van NGO’s was toen al zo groot, dat er tijdens het UNCED congres in Rio de Janeiro een paralelle conferentie voor NGO’s plaatsvond, met een “unprecedented number of NGO representatives”.
NGO’s (niet-gouvernementele organisaties) zijn onafhankelijk van overheden en staan dus ook niet direct of indirect onder democratische controle. Welke belangen er wel spelen, is dan ook altijd wat vaag, maar vast staat dat het bedrijfsleven, financiële instellingen en andere NGO’s grote invloed kunnen uitoefenen zonder het “gevaar” dat ze door de bevolking worden teruggefloten. Blijkbaar vond de VN dat ze de NGO’s nodig hadden, of ze zijn gezwicht voor hun lobby. Voorbeelden van grote en invloedrijke NGO’s zijn het World Economic Forum (WEF) en de Open Society van de familie Soros.
De term “sustainable development” (duurzame ontwikkeling) gaf het dubbele doel van Agenda 21 aan: economische en humanitaire ontwikkeling enerzijds en het ontzien van de natuur anderzijds. Op de VN Millennium Summit in 2000 lag het accent vooral op (8 doelen voor) armoedebestrijding. In Agenda 2030 is dit nog maar 1 van de 17 doelen. Hierna zal ik vooral ingaan op de invloed van de NGO’s, met name het World Economic Forum. In een volgend artikel hoop ik ook te kijken naar de uitwerking van de afzonderlijke doelen in de praktijk.
Op de helft van de transitie
We zijn nu 8 jaar verder, met nog geen 7 jaar te gaan tot 2030. Met zoveel doelen die tegelijk werden gesteld, was er een groot risico dat teveel zou worden uitgegaan van wensdenken. De benodigde investeringen en de bijwerkingen (hoewel aanzienlijk) zijn volgens mij onderschat, de resultaten en de snelheid zijn overschat. Zeer belangrijk is het ook te kijken naar doelen die niet zijn gesteld, zoals het in stand houden en stimuleren van de democratie. Dit heeft dan vanzelf de neiging een sluitpost te worden, of erger. Of er worden nieuwe, eenzijdige, vormen van inspraak gecreëerd die de bestaande democratie uithollen omdat alle energie van de bevolking erheen gaat. Denk aan allerlei klankborden en burgerberaden die geen werkelijke inbreng garanderen.
De insteek van deze wereldwijde plannen doen mij helaas denken aan de jeugdzorgtransitie in Nederland in hetzelfde jaar, 2015. De jeugdzorg moest zowel beter als goedkoper. Beide zijn mislukt, omdat die doelen zeker in het begin niet samengingen. Beide projecten gaan uit van een grote mate van maakbaarheid van de samenleving, en dan met name door regulering van bovenaf. Echte verandering heeft draagvlak nodig van de bevolking. Er zijn dan ook mensen die beweren dat dit alles zal mislukken. Helaas lijkt tot nu toe elke mislukking (denk aan het landbouwakkoord) de “hervormers” alleen maar meer verbeten te maken.
Inmiddels is Agenda 2030 overal. Het logo, de cirkel met kleurtjes, wordt gedragen door politici en docenten. In grote steden vinden we kantoren met dit logo. Politiek en bedrijfsleven conformeert zich vrijwillig en onvrijwillig aan de doelen en bijbehorende streefcijfers. Onvrijwillig in het geval van grote bedrijven, omdat over de doelen ook gerapporteerd moet worden met zogenaamde ESG scores. Geldschieters en machtige beleggingsinstellingen zoals Blackrock en Vanguard kunnen leningen weigeren als de scores te laag zijn. Daarbij spelen zelfs je toeleveranciers een rol. Er is software ontwikkeld, zoals SmartTrackers van Visma, om dit alles bij te houden en erover te rapporteren.
Visma spreekt van “vrede en welvaart voor mensen en planeet”, maar de dwang die van dit soort maatregelen uitgaat is behoorlijk dystopisch, zodat we juist moeten vrezen voor de vrede en welvaart, in ieder geval van degenen die niet aan de stortvloed van eisen kunnen of willen voldoen. Ook voor de democratie moet worden gevreesd. Weliswaar hebben 193 landen de doelen goedgekeurd, maar de gevolgen waren en zijn nauwelijks bekend bij de bevolking.
De rol van het WEF
Het World Economic Forum, waar veel politici lid van zijn, is niet alleen zeer betrokken bij Agenda 30, maar is ook actief in het bedenken en promoten van hulpmiddelen daarvoor. Als NGO hebben ze ook meegewerkt aan het formuleren van de doelstellingen en de targets. Niet voor niets zijn ze dan ook bang wanneer mensen de invloed van zulke ondemocratische NGO’s willen beperken. Momenteel, in voorbereiding op de VN-top over Agenda 2030 in september van dit jaar, maakt het WEF zich dan ook erg druk over “aanvallen op maatschappelijke organisaties en maatschappelijke vrijheden”.
In het Engels spreken we van CSO’s, oftewel civil society organisaties. Dat zijn volgens de VN eigenlijk gewoon NGO’s, maar zowel de VN als het WEF doen net alsof dit in tegenstelling tot NGO’s wel democratische instellingen zijn. De VN ziet ze zelfs als een schakel tussen de burger en de overheid en het “levensbloed van de democratie”. Dit mag misschien zo zijn in een dictatuur (hierop had de term CSO in de jaren 80 het eerst betrekking), maar waar al een democratie aanwezig is, kunnen CSO’s juist worden misbruikt om deze te omzeilen. Tot slot wijst het WEF erop dat ook tijdens Davos 2022 al is gesproken over de “dringende noodzaak” van samenwerking met deze zogenaamde burgerbewegingen, die zich net als het WEF vaak bezighouden met klimaat-activisme, technologie, hervorming van de media (lees: een nieuwe vorm van censuur) en zogenaamd humanitair werk.
Westerse overheden die in deze redenering meegaan, doen vaak net alsof bepaalde activistische groeperingen de bevolking vertegenwoordigen. Zo kunnen zij maatregelen doordrukken die de bevolking eigenlijk niet wil. Helaas is de rol van CSO’s ook vastgelegd in één van de doelen van Agenda 2030, namelijk SDG 17, punt 17. Daar staat zelfs dat voortgebouwd moet worden op de “experience and resourcing strategies” van bestaande partnerships.
En laat nu juist het WEF zelf een grote leverancier van zulke hulpmiddelen en strategieën zijn! Hiermee hebben zij hun eigen rol dus goed geborgd. Helaas gaat het nog verder. Nog los van het bereiken van de VN-doelen, zouden de CSO’s het maken van inclusief beleid stimuleren en essentiële diensten helpen leveren. Dit klinkt bijna als een paralelle samenleving, maar dan onder controle van (“voortbouwend op”) het WEF. Ik vrees dat hiermee bestaande, wel nog enigszins democratische, processen worden uitgehold.
Een nieuwe fase
Veel mensen vragen zich af wat de relatie is tussen Agenda 2030 / SDG en “Build Back Better” (de slogan die o.a. is gebruikt door Trudeau, Johnson, Rutte, etc.). Dat is heel eenvoudig, want het staat gewoon op de site van het WEF. Build back better is een herstart van Agenda 2030 na de “verstoring” door de Covid-19 pandemie en maakt gebruikt van “nieuwe manieren om de SDG’s te bereiken” zoals voorgesteld door “civil society”. Dat hier niet gesproken wordt over “civil societies” (CSO’s) in het meervoud, maar over één “civil society” bevestigt dat de belangrijkste NGO’s een eenheid vormen en centraal worden aangestuurd.
De afdeling communicatie van de VN heeft een speciale unit die de aangesloten CSO’s van “informatie” voorziet, maar ook het WEF “ondersteunt” het werk van CSO’s. Ook zij kennen een speciale “Forum’s Civil Society Community” waarvan “de meest invloedrijke organisaties” lid zijn. Er is zelfs sprake van “key members”, die ook zitting hebben in allerlei raden die zich bezig houden met de toekomst van de planeet. Ook religieuze leiders zijn vertegenwoordigd en vakbonden moeten onder andere zorgen voor meer inclusiviteit op de werkvloer.
De term “Great Reset” verwijst eveneens naar deze herstart van Agenda 2030. Klaus Schwab heeft gezegd: “The pandemic represents a rare but narrow window of opportunity to reflect, reimagine, and reset our world” (de pandemie vertegenwoordigt een zeldzame, maar kortdurende kans om onze wereld te beschouwen, opnieuw te bedenken en te herstarten). Aan de ene kant zegt het WEF dus dat de pandemie de voortgang van Agenda 2030 heeft verstoord, aan de andere kant juist dat de chaos veroorzaakt door de pandemie een unieke kans is om met een schone lei te beginnen. Eigenlijk kwam de pandemie hen dus wel goed uit.
In ieder geval zijn al deze initiatieven erop gericht om onze samenleving geheel opnieuw in te richten alsof tot nu toe sprake was van dictaturen. Een systeem dat nog veel meer van bovenaf wordt gestuurd, zou moeten zorgen voor de oplossing van alle wereldproblemen. Dat de definitie van “democratie” en passant is veranderd, doet er even niet toe. Daaronder wordt nu verstaan dat “belangrijke” NGO’s en hun sponsoren het onderling eens zijn.
Geef een reactie