Ik herinner me nog heel goed hoe, meer dan 20 jaar geleden, één van mijn zonen in de kerk verkleed was als soldaat, als een levende illustratie van Efeze 6. We wezen de verschillende onderdelen van zijn wapenrusting aan voor de gemeente, terwijl mijn zoon daar stond met een mengeling van trots en verlegenheid. Veel van de symboliek zal hem ontgaan zijn, maar je weet nooit hoeveel invloed het toch op hem heeft gehad.
Ik weet wel dat mijn andere zoon, die toen aanwezig was, aspiraties zou ontwikkelen om bij het leger te gaan. Hij is daar uiteindelijk niet terechtgekomen, maar op 30-jarige leeftijd (over twee dagen wordt hij 31) houdt hij nog steeds van uniformen. In zijn vrije tijd is hij vrijwillig verkeersregelaar en maakt hij deel uit van een reddingsbootdienst. Belangrijker nog, hij lijkt te begrijpen dat er in onze wereld een strijd om onze geest gaande is. Ik zeg niet dat dit allemaal veroorzaakt werd door die scène in de kerk, maar nogmaals, je weet het nooit.
Kosmische machten van de duisternis
De apostel Paulus schrijft: “Want onze strijd is niet tegen vlees en bloed, maar tegen de overheden, tegen de machten, tegen de wereldbeheersers van deze duisternis, tegen de boze geesten in de hemelse gewesten”.
Een oud gezegde luidt dat we onze gevechten of onze strijd moeten kiezen. En ik denk dat dit absoluut waar is. Er zijn simpelweg te veel dingen die ons confronteren en lijken te vragen om een krachtige reactie, om ze allemaal aan te kunnen pakken. Je zou snel uitgeput raken. Dat zou je zwak maken en dan zou je nooit een strijd winnen. Dus Paulus helpt ons hier door onze prioriteiten als christenen aan te geven.
Nu kunnen we beginnen met ons af te vragen wat hij bedoelt met die overheden en kosmische machten, wat nogal intrigerend is. Maar je louter iets afvragen en een beeld vormen is nooit een goed idee als je de betekenis van een tekst wilt weten. Laten we dus beginnen met het bekijken van de aanwijzingen die er al staan. Ten eerste staat er dat onze strijd niet tegen vlees en bloed is. Dat betekent dat het niet onze prioriteit is om deel te nemen aan fysieke gevechten die andere mensen zullen schaden. Natuurlijk kunnen we door onze overheid gedwongen worden om de wapens op te nemen, zodat het lijkt of we geen keuze hebben, maar dat kan nooit onze prioriteit zijn.
Als je erover nadenkt, en vooral als je beseft dat de eigenlijke kwesties van geestelijke aard zijn (zoals we zullen zien), is het zelfs een beetje dwaas om te denken dat je die kwesties kunt oplossen door de vijand te treffen, te beschieten of te bombarderen. De geschiedenis laat keer op keer zien dat het meeste geweld en militaire actie wordt gevolgd door meer en zelfs erger geweld van de andere kant. Ik kan niet anders dan dit vergelijken met de manier waarop caféruzies vaak escaleren. Iemand wordt geslagen of beledigd, en dan stappen enkele “vrienden” erop af om diegene te “verdedigen” die zij als slachtoffer zien. Dan bemoeien de vrienden van de dader zich ermee, enzovoort. Het is niet ongebruikelijk dat wanneer het stof is neergedaald, en het café is gesloopt, mensen zich niet meer herinneren of nooit hebben geweten wat de oorzaak nu eigenlijk was!
Dus aangezien onze tekst niet gaat over fysiek vechten, moet het gaan over een andere, grotendeels onzichtbare strijd. Dat wordt bevestigd wanneer Paulus spreekt over hemelse gewesten. Op het eerste gezicht lijkt het vreemd dat hij spreekt over boze machten in hemelse gewesten, omdat de hemel verondersteld wordt vrij te zijn van kwaad. Jezus zei in Lucas 10 dat hij “Satan als een bliksem uit de hemel zag vallen”. En Openbaring 12:9 spreekt erover dat zijn engelen met hem werden uitgeworpen.
Eerlijk gezegd is het niet altijd duidelijk op welke tijden en gebeurtenissen deze teksten betrekking hebben, deels omdat het woord “hemel” een reeks betekenissen kan hebben. Maar we kunnen veilig concluderen dat het in dit geval betrekking heeft op een onzichtbaar gebied waarin een onzichtbare strijd plaatsvindt. En we zijn er allemaal bij betrokken, of we dat nu willen of niet.
Elisa en het leger van engelen
Het deed mij denken, en jou misschien ook wel, aan het verhaal in 2 Koningen 6. Meer dan eens was Elisa in staat geweest om succesvol te voorspellen waar de soldaten van de vijand naartoe zouden bewegen. Hij was als het ware de inlichtingendienst. Om Elisa uit te schakelen, stuurde Aram een leger om hem gevangen te nemen. Maar Elisa was niet bang en zei tegen zijn dienaar: “Zij die bij ons zijn, zijn talrijker dan zij die bij hen zijn”. Elisa bad en toen kon zijn dienaar plotseling het engelenleger zien dat voor iedereen behalve Elisa onzichtbaar was geweest.
Let op hoe Elisa zich uitdrukt. Hij spreekt over degenen die bij ons zijn, niet over degenen die het van ons zullen overnemen. Wij zelf zijn net zo betrokken. Als je de rest van het verhaal leest, moet Elisa nog steeds tot God bidden, de vijanden wegleiden van de stad en naar Samaria, opnieuw bidden, en ervoor zorgen dat de vijanden goed behandeld worden zodat ze geen vijanden meer blijven.
Het is hetzelfde met de veldslagen die voor ons prioriteit moeten hebben. We kunnen rekenen op goddelijke hulp, maar vooral wanneer we blijven bidden en de nodige actie ondernemen. En die actie kan heel goed, zoals in het geval van Elisa, het doorbreken van de vicieuze cirkel van geweld en haat omvatten.
Zes instrumenten van weerstand
We krijgen in de brief van Paulus te horen dat we 6 dingen moeten doen om voorbereid te zijn en de listen (Engels: wiles) van de duivel te weerstaan. Aangezien Engels niet mijn moedertaal is, moest ik het woord ‘wiles’ opzoeken. Het bleek te betekenen: “sluwe of slimme strategieën om iemand te manipuleren of te overtuigen om te doen wat je wilt”. Het grootste deel van de strijd is daarom verdedigend. Het meeste genoemde wapentuig wordt niet zozeer gebruikt om aan te vallen. De enige uitzondering is het zwaard, dat echter pas helemaal aan het einde wordt genoemd.
- Het allereerste wat we nodig hebben, volgens Paulus, is de waarheid. Dat is onze belangrijkste bescherming tegen bedrog. Je kent misschien de uitdrukking dat in oorlog de waarheid het eerste slachtoffer is. Het komt van Aeschylus, een Griekse schrijver van tragedies. Als christenen moeten we hernieuwde aandacht besteden aan de waarheid. Dat geldt voor de waarheid van het evangelie, maar eigenlijk voor alle soorten waarheid. Het volstaat simpelweg niet om alleen maar te herhalen wat iemand anders heeft gezegd. Dit kan meer schade aanrichten dan we denken. Onlangs deelde een pastor die ik ken een satirische post die andere christenen beledigde voor iets dat noch waar was, noch goed gecontroleerd. Deze pastor zei: “Ik kon het niet weerstaan”. Maar dat is natuurlijk geen goede reden om iets controversieels te delen. Na de moorden in Southport in het VK identificeerde de Britse regering terecht desinformatie als een belangrijke oorzaak voor verder geweld. Helaas waren ze zelf niet zonder vooroordelen. Iemand die deel uitmaakt van het probleem (of als zodanig wordt gezien) zal moeite hebben om de juiste acties te ondernemen. De voorgestelde censuurmaatregelen zouden de hoofdoorzaken van het probleem niet aanpakken en zouden de zaken zelfs kunnen verergeren. Als christenen moeten we ons huiswerk doen wanneer we de behoefte voelen om in te grijpen. Maar natuurlijk moeten we nog steeds in staat zijn om onze geïnformeerde meningen respectvol te uiten. Beide, huiswerk doen en onze stem laten horen, zijn belangrijke onderdelen van die geestelijke strijd tegen bedrog.
- Het borstharnas van gerechtigheid. Dit betekent dat we ons moeten verzetten tegen alle pogingen om ons iets onrechtvaardigs of wreeds te doen of steunen. Zelfs als het wordt gedaan of voorgesteld door een partij die we in het verleden altijd hebben gesteund, of die beweert dat het alleen om verdediging gaat. Als we dit borstharnas niet zouden hebben, zou ons hart onbeschermd zijn. Het zou koud en onverschillig worden. Als dat gebeurt, geven we er niet langer om of kinderen en burgers worden gedood. Het is allemaal voor de goede zaak, zo vertellen ze ons of vertellen we onszelf. Volkomen fout, natuurlijk.
- De schoenen die je klaar maken om het evangelie van vrede te verkondigen. Dit is alles wat je nodig hebt om ervan overtuigd te zijn dat vrede de enige oplossing is voor de wereld. En om die boodschap dan ook te verkondigen. Laten we ons niet laten verleiden door het dwaze idee dat vrede alleen kan komen door de wapens op te nemen of één kant van het conflict te steunen. Vrede zal alleen komen door vrede. Laten we er dus voor zorgen dat we daar grondig van overtuigd zijn, zodat we het kunnen verkondigen. Christus is ons voorbeeld. Hij is degene die ons de vrede geeft die alle begrip te boven gaat.
- Het schild van het geloof is bedoeld om de vurige pijlen van de boze te stoppen. Als christenen kunnen we extra aanvallen verwachten, want bij onze belijdenis of vormsel hebben we letterlijk “Satan en al zijn werken en wegen afgezworen”. De duivel houdt daar niet van. Het is desertie. Dus, vergelijkbaar met wat hij bij Jezus deed, zal hij ons ook een moeilijke tijd bezorgen. Hij zal proberen ons te ontmoedigen om op te komen voor rechtvaardigheid en waarheid, voor moraliteit en wederzijds respect. De Life Application Study Bible noemt in dit kader ook beledigingen, tegenslagen en verleidingen. Geloof helpt, omdat het ons in staat stelt verder te kijken dan onze directe omstandigheden en te weten dat we zullen delen in Christus’ overwinning. Geloof geeft ons ook de kracht om toe te geven dat we het moeilijk hebben, en niet te doen alsof er niets is gebeurd. Ten slotte zal geloof ons ervan weerhouden te zeggen “als we ze niet kunnen verslaan, laten we ons bij hen aansluiten”. Hoewel we vreedzaam blijven, houden we vast aan onze principes.
- De helm van verlossing is wat onze geest beschermt. Hoe werkt dat? Zelfs als we sceptisch zijn, kan de loutere herhaling van leugens en propaganda mensen nog steeds murw maken. We kunnen gewend raken aan onwaarheid en verzetten ons dan niet langer. Wanneer we gered zijn van de gevolgen van de zonde, zullen we niet langer flagrante leugens tolereren en ernaar blijven luisteren. We zullen snel de verdraaiingen, de zelfrechtvaardiging, de hypocrisie, de schone schijn, de tegenstrijdigheden en de veranderende verhalen opmerken. Hopelijk ook die van onszelf. Laten we dus altijd onthouden dat we, omdat we Christus hebben, de heerser van deze wereld nergens voor nodig hebben. Sluit zoveel mogelijk de achterdeuren van je geest.
- Het zwaard van de Geest. Dat is het enige echte wapen in de lijst, voor aanval in plaats van verdediging. Het onderstreept dat we niet alleen slachtoffers zijn, maar daadwerkelijk kunnen vechten. Aangezien we in een geestelijke strijd verwikkeld zijn, vechten we niet tegen mensen, maar tegen ideeën en verleidingen. We bestrijden ze met het woord van God en met gebed, zoals in het geval van Elisa.
Het essentiële zevende punt
Al deze dingen samen worden de wapenrusting van God genoemd. Maar we hebben ook Zijn kracht nodig ter bescherming. Daarom zegt vers 1 niet alleen: Wees sterk, maar: Wees sterk in de Heer. De Nederlandse vertaling is in dit verband interessant. Er staat: zoek je kracht in de Heer. Met andere woorden, zoek het niet op de verkeerde plaats. Onze vastberadenheid en wilskracht zullen niet genoeg zijn. Als onze strijd tegen kosmische machten is, hebben we meer nodig dan vastberadenheid.
En dit is, ten slotte, waar de evangelielezing van vandaag om de hoek komt kijken. Jezus zegt tegen de menigte (niet alleen tegen de discipelen) dat ze moeten eten. Ja, eten. Wanneer een leger op expeditie is in vijandelijk gebied, is het ergste wat hen kan overkomen dat ze worden afgesneden van hun bevoorrading. Als de soldaten zwak worden door honger en dorst, maken ze geen kans. Wat hun wapenrusting of andere uitrusting ook is, ze kunnen de overwinning vergeten. Jezus zal ons niet zomaar alleen laten. Maar we moeten doen wat hij ons zegt, namelijk één worden met hem. Dit is nummer 7 van de wapenrusting, het getal van volheid en voltooiing.
Christus eten betekent dat Hij dagelijks ons geestelijk voedsel wordt, dat wij Hem in ons leven en ons wezen opnemen, zoals Hij ons heeft opgenomen. Ieder zal dat misschien op zijn of haar eigen manier doen, maar hopelijk wel even serieus. Zoals fysiek voedsel onze fysieke cellen onderhoudt, zo zal Christus onze geestelijke cellen voeden. Dit zal ook gevolgen hebben voor wie we denken dat we zijn, voor onze identiteit. Of misschien kan ik beter zeggen: voor hoe Hij ons identificeert. Ik vraag me af hoeveel christenen, als je hen vraagt hoe ze zich identificeren, onmiddellijk zullen zeggen dat ze primair christen zijn, een geestelijke broer of zus van Christus. Het is niet zo dat je als christen niet tot andere groepen kunt behoren, maar een soldaat heeft één generaal nodig en hij kan niet twee of meer meesters dienen. Dus hopelijk beschouwen we onszelf allemaal als deel van dat ene verenigde leger voor vrede, onder de banier van Christus. Zo niet, dan bid ik dat we dat zullen doen.
Dit bericht is ook beschikbaar in het: Engels
Geef een reactie